|
Okt.
- nov. 2025, 20e jg. nr.3.
Eindredactie: Rob den Boer. E-mail: redactie.bkj@gmail.com. |
|||||
VOORKANT | ACTUEEL | AGENDA | UITGELICHT | ARCHIEF | COLOFON |
voorpagina artikel |
recensies van tentoonstellingen | actuele
exposities Nederland België |
opmerkelijke kunstberichten |
artikelen
uit vorige nummers |
over Het Beeldende Kunstjournaal |
Uitgelicht Escher in Het Paleis, Den Haag: Anne Desmet – Bouwen zonder barrières
Net als Escher laat ze zich verwonderen door de wereld om haar heen met Italië altijd in het achterhoofd. Desmet wordt een geliefd kunstenaar en is benoemd tot 'Royal Academician'. Ze heeft tientallen onderscheidingen en prijzen gewonnen en haar werk is getoond in tentoonstellingen in het Verenigd Koninkrijk, Italië, Rusland en Brazilië. Een grote fascinatie van Anne Desmet is om te laten zien hoe het verleden en het heden elkaar beïnvloeden. Zo 'bouwt' ze vaak moderne steden bovenop ruïnes. "Ik wil een gevoel creëren van de verwevenheid en het verstrijken van jaren geschiedenis - een soort metamorfose die een overheersend thema is in mijn werk", zegt ze daar zelf over. Ze geeft haar prenten letterlijk en figuurlijk meerdere lagen: behalve het maken van prenten in oplage creëert ze ook collages door fragmenten uit haar gravures en linosneden te knippen, vouwen, scheuren, recyclen en combineren met andere materialen. Deze nieuwe afbeeldingen bestaan zowel op papier als digitaal. Haar werk verbindt heden en verleden met landmarks als de Brooklyn Bridge en de Manhattan skyline in New York City en tijdloze iconische gebouwen als het British Museum in Londen. Haar architecturale werken staan ook aan de basis van haar indrukwekkende caleidoscopische patronen. Naast een 40-tal prenten van Desmet is in de tentoonstelling in Escher in Het Paleis ook een selectie schetsboeken, houtblokken en gereedschappen te zien. De grote kracht van beide kunstenaars is de manier waarop ze hun voorstellingen opbouwen met licht vanuit het donker. In hun prenten zijn het ambacht en de precisie van de twee grafici duidelijk te herkennen. Het bewerken van een houtblok is een tijdrovend proces, waar veel geduld bij komt kijken. Het vervaardigen van een complex werk kan wel drie maanden in beslag nemen en het resultaat is elke keer weer een openbaring. Anne Desmet: "Het wit wat je op het papier ziet is wat ik in het hout graveer. Dat ik licht kan 'snijden' uit duisternis blijf ik het betoverende van mijn werk vinden." Anne Desmet – Bouwen zonder barrières, 20 november 2025 t/m 15 maart 2026, Escher in Het Paleis, Lange Voorhout 74, Den Haag. Website: www.escherinhetpaleis.nl.
Museum Voorlinden, Wassenaar: Mark Manders – Mindstudy
Mark Manders, die opgroeide in het Noord-Brabantse Volkel, behoort tot de meest gerespecteerde kunstenaars van zijn generatie. Vanuit zijn atelier in het Belgische Ronse creëert hij een rijk en eigenzinnig oeuvre van sculpturen, vaak met androgyne gezichten, gelaagde schilderijen en installaties die een stille, tijdloze intensiteit uitstralen. Ze balanceren tussen het vertrouwde en het vervreemdende en dwingen je beter te kijken: wat zie je eigenlijk? In zijn werk lijkt brons natte klei of een houten plank, wordt een vergeten mythe verdraaid en worden meubels getoond op 88 procent van hun werkelijke grootte. Manders gebruikt taal als vertrekpunt en vormt met materialen en objecten zinnen waarvan de betekenis zich slechts gedeeltelijk aan je openbaart. In Mindstudy nodigt Mark Manders je uit hem te volgen door de ruimten van zijn denken. Bij Voorlinden bouwt hij een huiskamer, badkamer, fabrieken en atelierruimtes – en daarvoor gaat de inrichting van het museum flink op de schop. Hij start al buiten op het landgoed en verlegt binnen de ingang naar zijn tentoonstelling. Daar ontvouwt zich een wereld van bevroren gedachten en stilgelegde momenten. Er is geen chronologische ordening: vroeg werk lijkt recent, terwijl ander werk de uitstraling heeft van een archeologisch object. Subtiele verbanden en echo's ontstaan tussen de werken, die op elkaar inhaken en naar elkaar verwijzen. Een voorbeeld is de monumentale installatie Room With Three Dead Birds and Falling Dictionaries, waarin geschilderde woordenboeken neerstorten op collages van kranten die alle Engelse woorden bevatten, terwijl – zoals de titel verraadt – drie dode vogels verborgen liggen. Op achttienjarige leeftijd besloot Mark Manders schrijver te worden. Niet met woorden, maar met voorwerpen. Sindsdien werkt hij gestaag aan zijn levenswerk Zelfportret als gebouw, een denkbeeldige constructie waarin sculpturen, schilderijen, installaties, tekeningen, publicaties en grafisch werk fungeren als bevroren gedachten en handelingen. Manders studeerde aan de Hogeschool voor de Kunsten in Arnhem en vestigde zich in 2005 in Ronse, België. De Nederlandse kunstenaar kreeg al vroeg internationale erkenning, exposeerde op Documenta 11 in Kassel (2002) en het Nederlandse paviljoen op de 55ste Biënnale van Venetië (2013) en tentoonstellingen in musea en galeries, van New York tot Japan en van Brazilië tot Duitsland. In 2017 realiseerde hij een permanente fontein op het Rokin in Amsterdam. Voorlinden heeft al decennialang een hechte band met de kunstenaar en bezit inmiddels meer dan een dozijn van zijn werken. Mark Manders – Mindstudy, t/m 18 januari 2026, Voorlinden museum & gardens, Buurtweg 90, Wassenaar. Website: www.voorlinden.nl.
Centraal Museum, Utrecht: Willem de Rooij - Valkenburg
In een omvangrijke installatie, waar voor het eerst 25 werken van Dirk Valkenburg gezamenlijk worden gepresenteerd, onderzoekt De Rooij hoe beeldcultuur strategisch werd ingezet. Sinds de vroege jaren negentig maakt Willem de Rooij (1969, Nederland) tijdelijke installaties waarin hij de politiek van representatie analyseert via toe-eigening en samenwerking. Zijn zorgvuldig gemaakte publicaties en objecten weerspiegelen zijn onderzoek in de kunstgeschiedenis en visuele antropologie. Met zijn ervaring in film en geluid gebruikt De Rooij montage als methode bij het presenteren van toegeëigende beelden en objecten. Zo ontstaan nieuwe betekenissen tussen ogenschijnlijk uiteenlopende elementen. Willem de Rooij studeerde aan de Universiteit van Amsterdam, de Gerrit Rietveld Academie en de Rijksakademie in Amsterdam. Sinds 2006 is hij docent Beeldende Kunst aan de Städelschule in Frankfurt am Main en sinds 2015 advisor aan de Rijksakademie in Amsterdam. In 2016 richtte hij mede BPA// Berlin program for artists op en werd hij lid van de Akademie van Kunsten. In 2005 vertegenwoordigde hij Nederland op de Biënnale van Venetië samen met Jeroen de Rijke (1970–2006), met wie hij van 1994 tot 2006 samenwerkte onder de naam De Rijke / De Rooij. Het werk van Willem de Rooij is opgenomen in de collecties van onder meer het Stedelijk Museum (Amsterdam), Mumok (Wenen), Hamburger Bahnhof (Berlijn), Centre Pompidou (Parijs), MOCA (Los Angeles) en MoMA (New York). Bij de tentoonstelling verschijnt de eerste volledige publicatie over het oeuvre van Dirk Valkenburg. De publicatie bevat vijftien nieuwe essays van internationale wetenschappers en denkers op het gebied van kunstgeschiedenis, kolonialisme, ecologie, queer en postkoloniale studies. Willem de Rooij - Valkenburg, t/m 25 januari 2026, Centraal Museum, Agnietenstraat 1, Utrecht. Website: www.centraalmuseum.nl.
Bozar, Brussel: John Baldessari - Parabels, fabels, en andere sterke verhalen
Via collage putte hij rijkelijk uit populaire cultuur — vaak uit films, televisie, krantenknipsels en andere beelden — om een nieuwe visuele taal te creëren: speels en vernieuwend. De tentoonstelling belicht daarmee de impact van zijn werk en de relevantie ervan voor generaties die zijn opgegroeid in het digitale tijdperk. De werken zijn afkomstig uit publieke en privécollecties in Europa en de Verenigde Staten, waaronder belangrijke bruiklenen uit de Craig Robins Collection. De drie curatoren — Rita McBride, David Platzker en Bartomeu Marí — hebben elk een langdurige en hechte band gehad met John Baldessari. Hun persoonlijke ervaringen, verspreid over meer dan veertig jaar, bieden daarom unieke en elkaar aanvullende perspectieven op zijn oeuvre. "De tentoonstelling is niet bedoeld als retrospectieve, maar belicht de meest relevante momenten in Baldessari's carrière," aldus Bartomeu Marí. De tentoonstelling Parabels, fabels, en andere sterke verhalen is, zoals de titel al doet vermoeden, opgevat in de geest van Baldessari zelf. David Platzker licht toe: "John was bovenal een verhalenverteller. Zowel in zijn kunst als in zijn omgang met anderen gebruikte hij verhalen om ervaringen, kennis en informatie over te brengen aan studenten en vrienden." Rita McBride vult aan: "De opzet van de tentoonstelling is meeslepend, niet lineair of chronologisch, maar vooral ervaringsgericht." John Baldessari - Parabels, fabels, en andere sterke verhalen, 19 september 2025 t/m 1 februari 2026, Bozar - Paleis voor Schone Kunsten van Brussel, Ravensteinstraat 23, Brussel. Website: www.bozar.be.
Museum Arnhem: Lydia Schouten - Eeuwig Jong / Forever Young
De tentoonstelling toont werk uit de periode 1980–2025 uit de collectie van Museum Arnhem, aangevuld met werk uit haar eigen collectie. De titel van de tentoonstelling refereert aan het werk Echoes of Death / Forever Young. In deze video uit 1986 staat het ideaalbeeld van de eeuwige jeugd, dat de media domineert, centraal. Iedereen op televisie is eeuwig jong. Verval en ouderdom worden nauwelijks getoond, waardoor acceptatie ervan lastig is. Dat lijkt in de afgelopen veertig jaar alleen maar erger te zijn geworden. De afgelopen jaren is het werk van Schouten (her)ontdekt en omarmd door jonge generaties. Haar werk was onder meer te zien in de tentoonstelling Na regen komt neonlicht, samengesteld door KIMONO en in het filmprogramma van Museum Arnhem op Down the Rabbit Hole, samengesteld door Julius Thissen. Dat is niet verwonderlijk. Haar kritische blik op vrouwbeelden, stereotype genderrollen en de kracht van beeldvorming boet niet in op actualiteit. Ook sluit haar beeldtaal goed aan bij de belevingswereld van jongeren. Museum Arnhem zet met het publieksprogramma dan ook nadrukkelijk in op een jonger publiek, onder meer met Kunst Praat, een speciale rondleiding gecureerd door de Arnhemse community van 't Weeshuis, die na afloop ook digitaal op zaal wordt ontsloten. Speciaal voor deze tentoonstelling maakt Lydia Schouten een nieuw werk: The Birth of a new Species (2025). Het werk, dat uit een bewegende sculptuur, een soundscape en een metersgrote print bestaat, vormt een fantasievolle, vervreemdende 'onderwaterwereld'. Het werk past binnen het hydrofeminisme; een stroming waarin water symbool staat voor onderlinge verbondenheid en genderfluïditeit. The Birth of a new Species laat zien dat Schouten zich na vijftig jaar nog onverminderd weet te vernieuwen en te ontwikkelen. Museum Arnhem is verheugd het werk te hebben kunnen aankopen, met steun van het Mondriaan Fonds. Lydia Schouten – Eeuwig Jong / Forever Young, 4 oktober 2025 t/m 15 maart 2026, Museum Arnhem, Utrechtseweg 87, Arnhem. Website: www.museumarnhem.nl.
Singer Laren: 1913. De grote kunstexplosie - Modernisten dansen op de vulkaan
Iconische werken zoals 'Composition de fleurs' van Jan Sluijters en 'Zomerbloemen' van Leo Gestel – beide afkomstig uit de schenking van de Collectie Nardinc – vormen het uitgangspunt voor deze visuele reis langs de Nederlandse avant-garde.
In de periode 1911-1913 raken Nederlandse kunstenaars en critici steeds
meer vertrouwd met moderne stromingen als het Franse kubisme, Italiaanse
futurisme en Duitse expressionisme. Tentoonstellingen van deze avant-gardekunst
bij kunstenaarsverenigingen en galeries leiden tot brede discussies
in de pers. In 1913 bereikt deze artistieke interactie een hoogtepunt.
Niet alleen wordt het werk van de buitenlandse avant-garde opnieuw in
Nederland gepresenteerd, ook een brede groep Nederlandse modernisten
– onder wie Jan Sluijters, Leo Gestel, Kees van Dongen, Piet Mondriaan,
Jacoba van Heemskerck, Peter Alma en Lodewijk Schelfhout – zijn
vertegenwoordigd op toonaangevende internationale exposities zoals de
Erster Deutscher Herbstsalon in Berlijn. 1913 weerspiegelt een verlangen naar radicale vernieuwing in een snel veranderende wereld. Tegelijkertijd tekent zich een gevoel van dreiging af: het uitbreken van de oorlog maakt in 1914 een abrupt einde aan de samenwerking van de internationale avant-garde. Als een dans op de vulkaan viert '1913. De grote kunstexplosie' de bloei van het modernisme met een feestelijke parade van meesterwerken. Van iconische namen tot vergeten pioniers als Jacob Bendien en Jan van Deene, grondleggers van de eerste geheel abstracte Nederlandse kunstbeweging. Bij de tentoonstelling verschijnt een rijk geïllustreerde catalogus, uitgegeven door Waanders Uitgevers (ISBN 9789462626492, €29,95). 1913. De grote kunstexplosie - Modernisten dansen op de vulkaan, t/m 11 januari 2026, Singer Laren, Oude Drift 1, Laren. Website: www.singerlaren.nl.
Kunstmuseum Den Haag: Nieuwe Haagse School – Bovenal vrij
De tentoonstelling richt zich op de diversiteit van de Haagse kunstwereld in de decennia na de oorlog, met bijzondere aandacht voor kunstenaars die in deze periode vaak onderbelicht zijn gebleven, zoals werk van kunstenaars als Jenny Dalenoord, Jan van Heel, Quirine Collard en Willem Schröfer. Alle getoonde werken zijn afkomstig uit de eigen collectie van het museum, aangevuld met bijzondere affiches uit een particuliere verzameling. 'Zoals de vogels zingen, zo moeten we werken' zei kunstenaar Paul Citroen. Vrijheid in vorm en expressie stond centraal. Voor de één teer en fijnbesnaard, voor de ander luid en schel. Subtiele figuratie of radicale expressie gingen hand in hand in Den Haag. 'Bovenal vrij' was meer dan een artistiek uitgangspunt. Het was een gevoel en een levenshouding die tot diep in de Haagse kunstwereld en haar instituties doordrong. Het rijk geïllustreerde boek Nieuwe Haagse School – Bovenal vrij van auteur Saskia Gras geeft een overzicht van de belangrijkste kunstenaarsgroepen uit die tijd, zoals Verve, De Nieuwe Ploeg, de Posthoorngroep, Equipe en Fugare. Daarnaast bevat het boek biografieën van toonaangevende kunstenaars zoals Paul Citroen, Lotti van der Gaag, Piet Ouborg, Co Westerik en vele anderen. Het boek is verkrijgbaar in de museumwinkel. Nieuwe Haagse School – Bovenal vrij, t/m 7 december 2025, Kunstmuseum Den Haag, Stadhouderslaan 41, Den Haag. Website: www.kunstmuseum.nl.
Kunsthal Rotterdam: Martin Roemers, Homo Mobilis
In de openbare ruimte bouwt hij met zijn team een mobiele fotostudio: een wit doek van 12 meter lang en 6 meter hoog dat alle visuele afleiding wegneemt. Deze neutrale setting legt de nadruk volledig op mens en voertuig, en laat kleine details zoals houding, blik en materiaal spreken. In Dakar, Senegal fotografeerde Roemers de autoverkopers Aïcha, Yvonne, Fatimata en Becaya met een felrode Mini Cooper. Zu'en poseert met haar zoontje op de scooter in Shanghai en in Bengaluru, India staan Hariom en Vinoth in hun ijscowagen voor de lens. De kleurrijke en gevarieerde beelden tonen hoe mobiliteit wereldwijd verschilt, en raken tegelijk universele thema's als milieu, gender, sociale klasse en individualiteit. Voor sommigen is een voertuig puur praktisch, voor anderen een verlengstuk van hun identiteit. De portretten zijn voorzien van slechts vier gegevens: naam, beroep, voertuigmerk en locatie. Deze minimale context laat ruimte voor verbeelding en nodigt uit tot eigen interpretatie. Martin Roemers (1962, Oldehove) studeerde aan de AKI Academie voor Beeldende Kunst in Enschede en werkt al jaren aan langlopende projecten die resulteren in tentoonstellingen en fotoboeken, waaronder Kabul, Relics of the Cold War, The Eyes of War (van 3 mei t/m 24 augustus 2012 in de Kunsthal te zien) en Metropolis. Zijn werk werd geëxposeerd in Europa, Noord- en Zuid-Amerika, Azië en Australië, en is opgenomen in collecties van onder andere het Rijksmuseum (Amsterdam), Museum of Fine Arts (Houston) en Getty Research Institute (Los Angeles). Roemers won tweemaal een World Press Photo Award, naast diverse andere onderscheidingen. Op 7 oktober 2025 verschijnt het fotoboek Homo Mobilis bij uitgeverij Lannoo, 208 pagina's, EAN: 9789020992359. Verkrijgbaar in de Kunsthalwinkel en -webshop voor € 49,99. Martin Roemers, Homo Mobilis, 27 september 2025 t/m 1 maart 2026, Kunsthal Rotterdam, Museumpark, Westzeedijk 341, Rotterdam, info 010-4400301, www.kunsthal.nl, openingstijden: dinsdag t/m zondag 10.00 - 17.00 uur.
Van Abbemuseum, Eindhoven: Bridging Minds
Ontwerp maakt ons dagelijks leven beter, maar draagt ook bij aan het aanpakken van grote maatschappelijke vraagstukken. Klimaatverandering, sociale ongelijkheid en opkomende technologieën: ontwerpers werken vanuit optimisme en een positieve inbreng aan de uitdagingen van deze tijd. Van der Lubbe: "Bij de keuze voor de werken ben ik uitgegaan van handelingsperspectief; ontwerpen en kunstwerken die niet alleen reflecteren maar echt ergens aan bijdragen. Daarmee is Bridging Minds een tentoonstelling die laat zien hoe ontwerp actief mee vormgeeft aan de toekomst." Naast de voorwaartse kracht van ontwerp, speelt ook de regio van het Van Abbemuseum een rol in het selectieproces: "Eindhoven is designhoofdstad van Nederland. Een geografisch brandpunt waarin technologie, ontwerp en kennis samenkomen." Bridging Minds spreidt zich uit over de tien zalen van de Oudbouw van het Van Abbemuseum. Elk toont met een ander thema wat ontwerp kan betekenen voor gebruikers en de samenleving. Zo is er een ruimte over je veilig voelen. Met een klein gebaar of krachtig signaal: ontwerpers zoals Jalila Essaïdi en Bas Timmer denken na over wat er nodig is om jezelf en elkaar te kunnen beschermen. In een volgende zaal staat de relatie tussen mens en technologie centraal. Van eenvoudige mechanismes tot geavanceerde AI: makers als László Moholy-Nagy en Ricky van Broekhoven creëren inspirerende ervaringen met technologie. In een andere ruimte besteedt werk van onder andere Alissa+Nienke en Dan Graham aandacht aan zorg en welzijn. Denk aan slimme hulpmiddelen, bijzondere materialen of rustgevende vormen. De andere zeven zalen gaan over verbondenheid, inclusie, empowerment, innovatie, natuur, grondstof en vrijheid. In 2022 verwierf het Van Abbemuseum vijftig designobjecten uit de baanbrekende privéverzameling van designicoon Lidewij Edelkoort. Deze aankoop markeerde een omslagpunt voor het verzamel- en tentoonstellingsbeleid van het museum. Bridging Minds is een verdere verkenning van de relatie tussen het Van Abbemuseum en de wereld van ontwerp. Ook is het een vervolgstap in de ontwikkeling van de ontwerpcollectie en een versterking van de band tussen het museum en designhoofdstad Eindhoven. Bridging Minds, 4 oktober 2025 t/m 18 januari 2026, Van Abbemuseum, Stratumsedijk 2, Eindhoven. Website: vanabbemuseum.nl.
Van Bommel van Dam, Venlo: Fantastische Wezens, eeuwenoude mythen in hedendaagse kunst
'Fantastische Wezens' toont werk van hedendaagse kunstenaars uit Nederland, Duitsland, Frankrijk, Spanje, Turkije, Zuid-Afrika en Mexico. Al deze kunstenaars putten uit de rijke traditie van mythologie en fantasie in de kunst. Het is een traditie die al duizenden jaren bestaat: van de prehistorische grotschilderingen van Lascaux en rijkelijk versierde Egyptische tempels tot beroemde Renaissance-kunstenaars en naoorlogse CoBrA-leden als Karel Appel. Zo probeert Jamel Armand zich met de figuren in zijn werk te verhouden tot onbekende voorouders; zijn schilderkunst is een eerbetoon aan een cultuur waarmee hij ondanks een generatiebreuk nog verbondenheid voelt. Afra Eisma kiest wonderlijke wezens als gidsen die doen denken aan beschermers en boodschappers in oude verhalen. En Müge Yilmaz en Buhlebezwe Siwani maken werk waarin zij de spirituele en rituele aspecten van mythen verkennen. Een bijzondere rol in deze tentoonstelling speelt een serie beschilderde etsen uit de jaren 80, afkomstig uit de eigen collectie van het museum. Ze zijn gemaakt door de Limburgse kunstenaar Marianne van der Heijden (1922-1998). In de loop van de jaren maakte Van der Heijden een duidelijke ontwikkeling door: zij switchte van religieus geïnspireerde kunst naar kritische reflecties op geloof. Een voorbeeld is haar 'Aanbidding van het beest' (1984). Dit werk lijkt te verwijzen naar een rituele verering. Toch staat hier geen heilige gestalte maar een mysterieus en zelfs dreigend wezen centraal. In Van der Heijdens modern ogende fantastische wezens weerspiegelt zich haar persoonlijke zoektocht naar identiteit en geloof. Naast 'Fantastische Wezens' is dit najaar ook de expositie 'Mysterious Universe - Eugène Brands / Gabriel Lester' in museum van Bommel van Dam te zien. Deze expositie loopt van 6 september 2025 tot en met 4 januari 2026. Thema is de kosmische fascinatie van CoBrA-kunstenaar Eugène Brands (1913-2002), gepresenteerd in een meeslepend decor van de hedendaagse kunstenaar en uitvinder Gabriel Lester (1972). Beide exposities delen een fascinatie voor het mysterieuze en onbekende - waar 'Fantastische Wezens' eeuwenoude mythen een nieuw leven geeft, verkent 'Mysterious Universe' de spirituele zoektocht via de kosmos. Fantastische Wezens: eeuwenoude mythen in hedendaagse kunst, 4 oktober 2025 t/m 22 maart 2026, museum van Bommel van Dam, Keulsepoort 1, Venlo. Website: www.vanbommelvandam.nl.
'Scherpe
Tongen' is na Schilderkunst Nu (2022) en Appel en Cobra (2024) de derde
tentoonstelling waarin Singer Laren hoogtepunten uit de ABN AMRO-kunstcollectie
presenteert. Hiermee vieren Singer Laren en ABN AMRO hun warme samenwerking
van ruim 35 jaar. Op verzoek van het museum hebben Singer Laren en Danila
Cahen, curator van de ABN AMRO-kunstcollectie, gezamenlijk een selectie
gemaakt voor een tentoonstelling met werk van vrouwelijke kunstenaars.
Deze keuze sluit aan bij de ambitie van het museum om vrouwelijke makers
een prominente rol te geven binnen het tentoonstellingsprogramma.
Museum Panorama Mesdag, Den Haag: Twee eeuwen Licht, Lucht & Water
Klassieke meesters als Hendrik Willem Mesdag, Sientje Mesdag-van Houten, Wijnand Nuijen, Willem Roelofs, George Hendrik Breitner en Willem Bastiaan Tholen worden getoond naast modernisten als Jan Mankes, Co Westerik en Willem Hussem. Waar deze kunstenaars zich lieten inspireren door buitenlandse voorlopers als John Constable, Richard Bonington en de schilders van Barbizon, kijken hedendaagse kunstenaars als Marjolein Knottenbelt en Casper Faassen juist weer terug naar de traditie van de Haagse School. Er is speciale aandacht voor de invloed van meteoroloog Luke Howard, die met zijn wolkenclassificatie kunstenaars voorzag van een nieuw vocabulaire om licht en lucht vast te leggen. De tentoonstelling begint bij Andreas Schelfhout, die al vóór de Franse Barbizon-schilders, buiten werkte in de duinen van Scheveningen. Zijn wolkenstudies – beïnvloed door Engelse tijdgenoten én de meteorologische inzichten van zijn tijd – vormen het begin van een nieuwe artistieke benadering van het landschap. Vanuit deze vroege ontwikkelingen groeit de Haagse School, gedragen door figuren als Mesdag, de Marissen en Weissenbruch. Hun schilderijen, gekenmerkt door een weids, atmosferisch realisme, zetten licht, lucht en water centraal. Vanaf het interbellum tot ver in de twintigste eeuw blijft het Haagse landschap kunstenaars inspireren. Kunstenaars als Jan Mankes, Willem Hussem, Rein Draijer, Co Westerik, Theo Bitter en Nol Kroes zoeken naar nieuwe vormen en betekenissen. Westerik verbeeldt de zee als zintuiglijke ervaring, Hussem abstraheert het kustlandschap tot pure vorm, en Bitter maakt van het strand een monumentaal decor. In het laatste deel van de tentoonstelling staan hedendaagse kunstenaars centraal. Zij schilderen, fotograferen en maken installaties waarin Haags licht, lucht en water opnieuw worden onderzocht en verbeeld. Sebastiaan Spit onderzoekt het spel van wolken en schaduw boven zee, Marjolein Knottenbelt blaast oude schilderijen nieuw leven in, en Cassandra van Veen duikt letterlijk de zee in om haar ervaring om te zetten in beeld. Bij de tentoonstelling verschijnt een rijk geïllustreerd boek, door co-auteurs Werner van den Belt en Bob Hardus, in samenwerking met uitgever WBOOKS. Licht, Lucht, Water – de schilders van Den Haag, 4 oktober 2025 t/m 1 maart 2026, Museum Panorama Mesdag, Zeestraat 65, Den Haag. Website: www.panorama-mesdag.nl.
Design Museum Den Bosch: The Surface Decoration Ball
Met zijn groteske vaas maakt Perry een knipoog naar de bloedserieuze discussie over decoratie in de wereld van de kunst. In deze tentoonstelling vind je geen kunsthistorische analyses of culturele plaatsbepalingen van de getoonde werken. We laten de ontwerpers en kunstenaars zelf aan het woord, met citaten die ons aan het denken zetten over kunst en vormgeving. En over keramiek en decoratie natuurlijk. Speciaal voor deze tentoonstelling hebben we het gerenommeerde fotografenduo Erik en Petra Hesmerg gevraagd om meer dan twintig keramische werken uit de collectie van Design Museum Den Bosch opnieuw op de gevoelige plaat vast te leggen. De theatrale en dramatische foto's laten deze keramiek in een nieuw licht zien. Erik & Petra Hesmerg werkten eerder voor Condé Nast Publications, kunstbeurs TEFAF en vooraanstaande musea als het Guggenheim Museum, Kunstmuseum Den Haag, het Van Gogh Museum en Museum Boijmans Van Beuningen. Ze produceerden meer dan honderd boeken en catalogi. The Surface Decoration Ball, t/m 4 januari 2026, Design Museum Den Bosch, De Mortel 4, Den Bosch. Website: www.designmuseum.nl.
Museum Cobra, Amstelveen: De Cycloop
Het vertrekpunt is een eenvoudig, herkenbaar object: de knikker. Voor de Waterzaal van het museum ontwikkelen zeven kunstenaars ieder een installatie die op hun eigen manier ingaat op beweging, mechaniek of kettingreactie met een knikker. Samen vormen de werken een ruimtelijk systeem. De titel verwijst naar een figuur uit de Griekse mythologie: een reus met één oog in het midden van zijn voorhoofd. Deze cycloop is vaak afgebeeld als een krachtige, instinctieve figuur die zowel schepper als vernietiger kan zijn. Zijn enkele oog staat symbool voor een gefocuste blik, maar ook voor een beperkte kijk op de wereld – hij ziet alles, maar slechts vanuit één perspectief. In de context van deze tentoonstelling krijgt dat oog een nieuwe betekenis: het wordt in de gedaante van een knikker tot een bewegend zintuig, een tastend oog dat zich door het geheel verplaatst en onderweg verbanden legt. De cycloop is hier geen monster, maar een levend systeem dat leert door te bewegen. De installaties gedragen zich als één groot lichaam, één wezen, waarin de afzonderlijke onderdelen samenwerken als spieren, botten en zenuwen. Het oog – de knikker – beweegt door deze mechaniek als een blik die zich door de ruimte slingert. Zo wordt de knikkerbaan een levend wezen van actie en reactie. De tentoonstelling draait om plezier: om het spel, het raken, het rollen en botsen. Maar ook om te ervaren wat materiaal doet: hoe vorm en zwaartekracht samenwerken, hoe toeval en controle elkaar afwisselen. Ook bezoekers worden uitgenodigd om 'de cycloop' in beweging te zetten en worden zo onderdeel van het spel. Het is een tentoonstelling die spel gebruikt als manier om te leren, te voelen en te denken; in de geest van Cobra. Voor De Cycloop ontwikkelen zeven kunstenaars werk dat voortkomt uit hun eigen praktijk: Vibeke Mascini, Zoro Feigl, Theo Botschuijver, Atelier Van Lieshout, Audrey Large, Philip Vermeulen en Leon de Bruijne. Het zijn kunstenaars die zich bezighouden met beweging, techniek, zintuiglijke waarneming en materiaalonderzoek. Niet statisch, maar fysiek, actief en direct: werk dat in beweging is en dat de bezoeker meeneemt. De Cycloop is samengesteld door gastcurator Ellis Kat. De Cycloop, t/m 18 januari 2026, Museum Cobra, Sandbergplein 1, Amstelveen. Website: cobra-museum.nl.
Bozar, Brussel: Nina Beier. Real Estate
Deze middelgrote tentoonstelling in de Antichambres van Bozar toont een selectie werken uit de periode 2013 tot 2025 gemaakt van uiteenlopende materialen en producten. De kunstenaar koos objecten die hun betekenis kregen door hun productie, gebruik en verspreiding. Terwijl de dialoog tussen de getoonde objecten soms complex of zelfs contradictoir is, lijken de composities gebaseerd te zijn op relatief eenvoudige formele relaties. Ze vertonen een verscheidenheid aan dynamieken: sommige staan verticaal rechtop als totems, andere liggen op de vloer als grafstenen of hangen naar beneden van het plafond; één werk is ingewerkt in de muur en een ander lijkt uit de muur tevoorschijn te komen. En in de centrale rotonde, het hart van de expo, draaien twee sculpturen onvermoeibaar om hun as. Beier maakt in haar installaties vaak gebruik van strategieën van juxtapositie, die de oppervlakkige betekenis van de door haar gekozen objecten uitdagen of ondermijnen. Haar werk oscilleert tussen de materiële aanwezigheid en het beeld dat het oproept, waardoor het een enkelvoudig perspectief of interpretatie dwarsboomt. Zo bestaan de twee draaiende sculpturen getiteld Beast (2018-2024) uit twee mechanische rodeostieren, op de rug waarvan plastic flessen met industrieel geproduceerd babymelkpoeder balanceren. Deze lastdieren draaien rond voor ons plezier en maken een schokkerige beweging bedoeld om de ruiter uit het zadel te wippen. Beier laat zich niet vastpinnen op één enkele interpretatie: 'Ik heb het gevoel dat de betekenis vanzelf uit mijn objecten sijpelt' zei ze in een recent interview voor Bozar. 'Ik denk eigenlijk dat betekenis minder een intentionele uitspraak is, en meer iets wat zonder woorden wordt doorgegeven.' Nina Beier. Real Estate, 4 oktober 2025 t/m 4 januari 2026, Bozar - Paleis voor Schone Kunsten van Brussel, Ravensteinstraat 23, Brussel (België). Website: www.bozar.be. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
|